Bijna permanent en langdurig thuiswerken in crisistijd leidt natuurlijk tot frictie en afspraken over het gebruik van de beschikbare laptop, wie waar werkt in huis, wie de kinderen bezighoudt en met onderwijs helpt of die oude overbuurvouw ondersteunt. Het kan ook aanleiding zijn voor reflectie en even uitzoomen en naar voren kijken. Welke les(sen) kunnen we als Defensie leren van deze coronacrisis? Zijn we klaar voor de volgende uitdaging, misschien wel een echte hybride crisis? Is bijvoorbeeld de Defensienota corona-proof en is Defensie daarmee voorbereid op de volgende crisis?
OK, je kunt er niet omheen: het is crisis. Geen epidemie, maar een pandemie! Het hele land, nee, de hele wereld is in rep en roer. Zelfs de minister-president en de koning spreken het volk toe en vragen om (zelf)discipline, begrip en saamhorigheid. De komende tijd komt het eropaan: houden we stand met zijn allen? Vooralsnog lijkt de huidige aanpak te werken. Met steun van de vitale sectoren natuurlijk. Vitale sectoren? Volgens de regering zijn dat onder meer zorg, onderwijs, politie, brandweer en – inderdaad – ook Defensie. Allemaal sectoren die jarenlang zijn uitgekleed en op veel plekken met MacGyver-tape en loyaliteit aan elkaar hangen. Maar in tijden van crisis wel vitale sectoren...
Gelukkig, zou je bijna denken, Defensie staat dus ook in de lijst van vitale sectoren. Voor sommigen misschien verrassend, maar voor de militairen en burgercollega’s geen nieuws. Onder normale omstandigheden staat Defensie het hele jaar klaar als tweede schil ter ondersteuning voor civiele autoriteiten. In de huidige situatie met extra IC-bedden, beademingsmiddelen, extra verplegend personeel, logistieke ondersteuning en transport, ‘achtervang’ van politie, crisisplanners bij andere ministeries en inzet van ZRMS Karel Doorman in het Caribische deel van het Koninkrijk voor coronahulp daar. Geen ‘nee, kunnen we niet, we zijn kapotbezuinigd’, maar ‘ja, gaan we fiksen met wat we hebben, can do’. Dat laatste komt toch altijd wel lekker uit als het eropaan komt. Defensie is dus een vitale sector, niet omdat de regering het zegt, maar om wat zij doet!
Twee van de belangrijkste defensiespelers, de minister en de Commandant der Strijdkrachten, hebben recent een voorzetje gegeven op de blik vooruit, voorbij de crisis. De CDS deelde eind maart bij het programma WNL op zondag[1] een interessante reflectie. Hij stuurde aan op meer ‘zelfredzaamheid’ en ‘weerbaarheid’ van de samenleving en individuen. Vrij vertaald moeten we beter voorbereid zijn op dit soort crises, want het is niet alleen de overheid die het tij kan keren. Of, in zijn woorden: ‘Want de overheid kan veel, maar niet alles’. Het is goed voor te stellen dat hij ook andere, misschien hybride, dreigingen in het achterhoofd had toe hij die uitspraken deed. Stel nu, dat een volgende crisis bewust wordt gestart door iemand met kwade bedoelingen en dat het om een veel schadelijkere, bijvoorbeeld biologische dreiging, zou gaan. Daar waren we, zo blijkt nu, niet echt klaar voor, noch als individu noch als samenleving. We zouden er dus wat van moeten leren.
Op 14 april deed onze minister ook een duit in het zakje. De Telegraaf citeerde haar met ‘Zelf dingen in huis hebben’.[2] Hoewel de minister primair wilde ingaan op het hier en nu van de ondersteuning van Defensie, ontkwam ze er in het interview toch niet aan om vooruit te kijken. Zij suggereerde dat we wel erg afhankelijk zijn geworden van het buitenland, in dit geval voor vitale middelen als beademingsapparatuur en mondkapjes. Die worden buiten Europa gemaakt. Voorzichtig gaf zij aan dat de crisis ons leert dat we, als het eropaan komt, zien dat we zelf ook wat in huis moeten hebben. Dat geldt helemaal voor Defensie: ‘Wij zijn de last man standing’.
Hoewel we nog midden in de crisis zitten ontkomen we er niet aan om in een moment van reflectie ook vooruit te kijken naar 2021, een verkiezingsjaar. Het editoriaal in de vorige editie van de Militaire Spectator is daar al op ingegaan.[3] Dat was vooral tegen de achtergrond van de enorme kosten van de huidige crisis en de mogelijke gevolgen daarvan voor de financiële middelen voor Defensie bij de volgende begroting. Het is niet onlogisch dat de lessen uit deze crisis ook onderdeel zijn van (aanvullende?) ideeën voor de aan de Tweede Kamer beloofde herijking van de Defensienota.
We zien dus dat de crisis ons met de neus op de feiten drukt: we moeten meer zelf kunnen, individueel en als samenleving. De weerbaarheid van de samenleving zal vergroot moeten worden en dat vereist een integrale aanpak, niet alleen met middelen van Defensie. Het lijkt bijna op een whole-of-society-benadering, in dit geval om onszelf te beschermen. Zou het antwoord dan toch een soort sociale dienstplicht zijn om burgers weerbaarder en zelfredzamer te maken, zodat ze kunnen helpen in vitale sectoren als het erop aankomt in plaats van thuis te zitten? Er liggen kansen voor Defensie om daar een rol in te spelen. En deze kansen creëren meerdere voordelen, zoals het versterken van de link tussen Defensie en de samenleving en uitbreiding van het potentieel aan inzetbare mensen met kennis en kunde in tijden van nationale crisis.
We waren niet klaar voor de coronacrisis. Met vallen en opstaan houden we ons staande, maar de leercurve is steil, het eind is nog niet in zicht. Gaan we die lessen ook echt benutten en te gelde maken? Niet alleen voor een volgende gemuteerde variant van corona. Nee, bij voorkeur ook voor een meer hybride dreiging die toch boven de maatschappij blijft hangen. Laten we daarbij vooral breder kijken dan vitale middelen die we in de huidige crisis nodig hebben. Genoeg stof tot nadenken om een herijking van de Defensienota echt een nieuwe inhoud te geven. De kansen liggen, juist door de huidige crisis, voor het oprapen. Winston Churchill wist het al: ‘Never waste a good crisis!’
Zie: WNL Op Zondag, zie: https://wnl.tv/gemist/wnl-op-zondag-20200329.
[2] Niels Rigter, ‘Minister Bijleveld: ‘We moeten minder afhankelijk zijn van anderen’, in: De Telegraaf, 14 april 2020. Zie: https://www.telegraaf.nl/nieuws/285815487/minister-bijleveld-we-moeten-minder-afhankelijk-zijn-van-anderen.
[3] ‘Hoe blijven we gezond?’, editoriaal in: Militaire Spectator 189 (2020) (4) 170-171. Zie: https://www.militairespectator.nl/thema/editoriaal/hoe-blijven-we-gezond.