Als het om de Vredesprijs gaat, blinkt het Nobelcomité uit in laureaten van twijfelachtig allooi. In 1973 ging de prijs naar Henry Kissinger, de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken. Hij wist eigenhandig de oorlog in Vietnam met een paar jaar te verlengen door vredesonderhandelingen met Vietnam te vertragen. Aung San Suu Kyi kreeg de prijs in 1991. Later verscheen ze voor het International Court of Justice om het leger van Myanmar te verdedigen tegen de beschuldiging van genocide op de Rohingya’s.

De winnaar van de Vredesprijs 2020 was het World Food Programme (WFP) voor zijn inspanningen om de hongerigen der aarde te voeden. Waar dat voor nodig was, vraag ik me af: medewerkers van het WFP worden betááld voor het uitdelen van voedselhulp. Het is gewoon hun werk. Het Nobelcomité had die prijs net zo goed aan mij kunnen uitreiken: ik ben vanochtend ook mijn bed uitgekomen om te werken tenslotte.

Er valt bovendien nogal wat af te dingen op de voedselhulp van het WFP. Waar het WFP verschijnt houden boeren op hun land te bebouwen, want wat voor zin heeft jouw gezwoeg als in een dorp verderop het WFP gratis zakken rijst staat uit te delen? Nog problematischer is dat tien van de momenteel dertien hongersnoden in de wereld opzettelijk veroorzaakt zijn en in stand worden gehouden door oorlogvoerende regimes. Het hongerwapen is goedkoop en uiterst effectief. Door je vijand uit te hongeren verzwak je hem. Met het voedsel dat het WFP vervolgens komt brengen voed je je achterban en win je enorm aan populariteit.

In 2019 was de Ethiopische regeringsleider Abiy Ahmed de winnaar van de Nobel Vredesprijs. Hij had zich ingespannen om de economie van Ethiopië op te krikken en sloot vrede met buurland Eritrea. Op 4 november 2020 stuurde hij zijn leger de opstandige provincie Tigray in. Zijn militairen sloten alle aanvoerswegen, sloegen ziekenhuizen kort en klein, staken oogsten in brand en vergiftigden waterbronnen. Sindsdien kwamen 50.000 inwoners van Tigray om het leven door ziekte en geweld en sloegen er 2,5 miljoen op de vlucht, op zoek naar een hap eten. De Nobelprijswinnaar van 2020, het WFP, staat naar de ramp te kijken. Ze willen voedsel brengen, maar de winnaar van de Vredesprijs 2019 verbiedt het WFP toegang tot Tigray. Hij deelt de voedselhulp daar zelf wel uit, zegt hij. Eén keer raden waar die terecht zal komen.

‘In al mijn jaren als humanitair hulpverlener heb ik zelden een humanitaire actie gezien die zo ernstig geobstrueerd wordt als deze voor Tigray’, zei Jan Egeland, voorheen de noodhulpcoördinator van de Verenigde Naties, tegenwoordig directeur van de Norwegian Refugee Council. De hele hulpsector zou bij de Ethiopische regering moeten protesteren, vindt hij, maar dat durven de ngo’s niet, bang voor ruzie met de Ethiopiërs. De Nobelprijswinnaar van 2020 houdt ook zijn mond, want voordat je het weet knikkert die van 2019 je het land uit.

In 1945 én 1948 was Stalin een serieuze kandidaat voor de Vredesprijs. Dezelfde Stalin die in 1932-1933 opzettelijk een hongersnood creëerde om het Oekraïens nationalisme de nek om te draaien. Bijna vier miljoen mensen kwamen om. In 1994 ging de Nobelprijs naar PLO-leider Yasser Arafat, de man van: ‘We willen geen vrede, we houden niet op met de strijd tot Israël vernietigd is.’ Jared Kushner en Donald Trump zijn genomineerd voor de Nobelprijs 2021. Het kan het Nobelcomité soms niet gek genoeg zijn.

Over de auteur(s)

Linda Polman

Linda Polman is schrijfster en onderzoeksjournalist.