Vorig jaar verklaarde de Europese Raad dat de Sahelregio een strategische prioriteit is voor de Europese Unie. De consensus was dat de veiligheid binnen ons continent sterk afhankelijk is van een stabiele Sahelregio.[1] Op 12 juni 2020 ging Frankrijk een stap verder en richtte samen met de G5-landen (Burkina Faso, Tsjaad, Mali, Mauritanië en Niger) de Internationale Coalitie voor de Sahel op. Als direct gevolg werd ook de Task Force Takuba opgericht die gaat strijden tegen terrorisme in de Liptako-Gourmaregio, het gebied tussen de grenzen van Mali, Niger en Burkina Faso. Takuba is een Frans initiatief waarbij Europese landen kunnen aansluiten. Verdere Europese belangstelling is gering. Van het totale aantal van 600 militairen komt de helft uit Frankrijk. Nederland stuurt twee militairen. Wil de EU haar woorden kracht bijzetten en daadwerkelijk een vuist maken in de Sahel, dan moet zij meer toewijding laten zien. Dat geldt ook voor Nederland.
De Sahel gaat al lang gebukt onder een scala aan problemen zoals armoede, droogte en een extreme bevolkingsgroei. In 2012 werd terrorisme een groter probleem door de opkomst van verschillende extremistische groeperingen, vaak gelieerd aan al-Qaida of Islamitische Staat (IS). Ondertussen lijdt de bevolking. De minimale kansen op werk of andere mogelijkheden om een bestaan op te bouwen resulteren in een kwetsbare groep die gevoelig is voor extremistische rekrutering. Toenemende droogte dwingt veel semi-nomadische bevolkingsgroepen, bijvoorbeeld de Fulani, verder naar het zuiden te trekken. De spanningen die daardoor ontstaan met de sedentaire bevolking zorgen regelmatig voor gewelddadige conflicten. Overheden, niet in staat om op te treden, dwingen burgers steeds vaker zichzelf te bewapenen ter verdediging. De politieke instabiliteit van de betreffende landen werkt de onveiligheid in de hand. De recente staatsgreep in Mali past in dit beeld. Ook de verkiezingen, eind 2020, in zowel Niger als Burkina Faso, creëren naar verwachting enkel meer onrust.[2]
Om de veiligheid en stabiliteit te herstellen startte in 2012 de VN-missie MINUSMA in Mali.[3] Deze missie is nog in volle gang met een aanwezigheid van ruim 13.000 internationale militairen, politiemensen en burgerpersoneel. De Franse operatie Barkhane heeft momenteel ongeveer 5.100 militairen, verspreid over de Sahel. De EU is met drie kleinere missies van in totaal 1.250 man ook vertegenwoordigd in de regio.[4] De situatie lijkt echter met het jaar ernstiger te worden. Conflicten, terroristische activiteiten en georganiseerde criminaliteit, inclusief mensenhandel en drugssmokkel, nemen toe.[5] De problemen lijken zich ook te verspreiden. Zo noemde de president van Niger, Issoufou Mahamadou, de opkomst van IS in de Grotere Sahara (ISGS) in de Liptako-Gourmaregio de grootste dreiging van dit moment.[6]
Frankrijk aan de kant
Ondanks de verschillende initiatieven is het duidelijk dat Frankrijk vanwege zijn koloniale verleden nog altijd de belangrijkste buitenlandse mogendheid is. Operatie Barkhane is een duidelijk voorbeeld van de vergaande Franse betrokkenheid. Het doel: de regio bevrijden van jihadisten en de G5 helpen het gevaar uiteindelijk zelfstandig het hoofd te bieden. Toch wordt het steeds duidelijker dat dit de Fransen niet alleen lukt. Naast de tegenvallende operationele resultaten neemt de Franse impopulariteit in de regio toe. De politieke en economische invloed van Frankrijk, beter bekend als ‘Francafrique’,[7] wordt door een groot deel van de bevolking als een vorm van neokolonialisme gezien.[8] Huidige discussies over het loskoppelen van de CFA-frank aan de euro,[9] voorheen de Franse frank, en de economische invloed die Frankrijk nog steeds heeft vanwege de ‘koloniale belasting’ versterken dit beeld.
Hierdoor is het niet verstandig om Frankrijk alleen voorop te laten lopen. Als belangrijke handelspartner voor deze regio probeert de EU al langere tijd op verschillende manieren een rol te spelen in het gebied, maar de overtuiging ontbreekt. Terwijl de noodzaak tot samenwerking in een breder verband, gelet op veiligheid en migratie, wel aanwezig is. Als de EU de situatie daadwerkelijk serieus neemt zou ze haar gezamenlijke toewijding moeten laten blijken door middel van duidelijke steun aan de nieuwe Internationale Coalitie voor de Sahel. Door het initiatief als EU gezamenlijk te dragen verdwijnt het overheersende Franse stempel. Ook Nederland kan hieraan zijn steentje bijdragen door zich actiever bezig te houden met de Europese rol in de Sahel en zijn eigen bijdrage daarin. Het verzamelen van inlichtingen, zoals eerder in Mali, kan een mogelijkheid zijn.
Het lijkt er jammer genoeg op dat andere problemen dan het coronavirus even geen plaats meer hebben aan de EU-vergadertafel. Bij de recente (digitale) Sahel-top, waar de voorzitter van de Europese Commissie, Ursula von der Leyen, in gesprek ging met de G5-staatshoofden was Covid-19 het enige onderwerp dat werd besproken. Er werd niet ingegaan op de andere slepende problemen.
Geen tijd voor uitstel
Het is voor de EU tijd geworden om zich veel intensiever op de Sahelregio te richten. De oplossingen zijn niet eenvoudig, maar wegkijken is geen optie omdat de problemen ook het Europese continent treffen, en dus ook Nederland. Verdere destabilisering van de regio leidt gegarandeerd tot nog meer armoede, hongersnood, illegale handel en een toenemende stroom van migranten. Alleen door grootschalige samenwerking met de G5-landen kan er vooruitgang worden geboekt. Dit vraagt om een intensieve georganiseerde inzet vanuit de EU op zowel militair, diplomatiek als economisch gebied. Ook Nederland moet hier proactief in zijn, zowel binnen de EU als in bilateraal verband. De huidige magere steun en de weinigzeggende verklaringen gaan het tij niet keren. Initiatieven zoals de Coalitie voor de Sahel en de daaraan verbonden Task Force Takuba moeten steun krijgen van een collectieve EU, en niet een zoveelste Franse poging zijn om ook de rest van Europa mee te krijgen. Tijdens haar aanstelling sprak Von der Leyen haar ambitie uit van een EU als geopolitieke speler. De Sahel moet hierbij de eerste stap in die richting zijn.
[1] Maria Lenzu, ‘“De Sahel is een strategische prioriteit voor de EU en haar lidstaten”: Raad neemt conclusies aan’, persbericht Europese Raad (13 mei 2019). Zie: https://www.consilium.europa.eu/nl/press/press-releases/2019/05/13/the-sahel-is-a-strategic-priority-for-the-eu-and-its-member-states-council-adopts-conclusions/.
[2] Andrew Lebovich, ‘Disorder from Chaos: Why Europeans fail to promote stability in the Sahel’, 26 augustus 2020. Zie: https://www.ecfr.eu/publications/summary/disorder_from_chaos_why_europeans_fail_to_promote_stability_in_the_sahel.
[3] Niels Woudstra, ‘De VN-missie in Mali’, in: Militaire Spectator 185 (2016) (5).
[4] European Union External Action Service, zie ‘Military and civilian missions and operations’: https://eeas.europa.eu/headquarters/headquarters-homepage/area/geo_en.
[5] Signe Marie Cold-Ravnkilde en Katja Lindskov Jacobsen, ‘Disentangling the security traffic jam in the Sahel: constitutive effects of contemporary interventionism’, in: International Affairs 96 (2020) (4). Zie: https://academic.oup.com/ia/article/96/4/855/5866446.
[6] Openingsspeech president Issoufou Mahamadou bij de G5-Saheltop, 15 december 2019. Zie: https://www.presidence.ne.
[7] Tugba Korkmaz, ‘La Françafrique’: The Special Relationship Between France and Its Former Colonies in Africa’ 2 augustus 2019. Zie: https://insamer.com/en/la-francafrique-the-special-relationship-between-france-and-its-former-colonies-in-africa_2307.html.
[8] David Hundeyin, ‘The “French Colonial Tax”: A misleading heuristic for understanding Françafrique’, 21 november 2019. Zie: https://www.theafricareport.com/20326/the-french-colonial-tax-a-misleading-heuristic-for-understanding-francafrique/.
[9] CFA-frank is de munteenheid die gebruikt wordt in twaalf (overwegend) Franse voormalige koloniën. CFA staat voor Colonies Françaises d’Afrique.