De weer oplaaiende discussie over de dienstplicht, aangejaagd door CDA-voorman Wopke Hoekstra, doet oud, persoonlijk zeer herleven. Eind jaren zestig van de vorige eeuw stond ik op het perron van het treinstation van Delft, gedesillusioneerd, afgewezen. Een luttel uur daarvoor was ik vol enthousiasme daar uitgestapt, samen met een wagonlading andere opgeroepenen uit Den Haag. Ik ging in dienst, daar was ik van overtuigd, gemotiveerd,  gezond en sportief als ik was. Ik werd afgekeurd, ik was brildragend. Van deze lichting babyboomers werden alle brildragenden afgewezen.

Dat was ten tijde van de Vietnamoorlog, toen was het leger niet echt populair. Beelden op de televisie van de bombardementen op Hanoi en van stapels Amerikaanse bodybags waren ook niet echt motiverend voor jongeren. Zeggen dat je graag in dienst zou willen werd vaak met hoongelach ontvangen door leeftijdgenoten. Daar kon je beter maar je mond over houden. Van degenen die toen wel hun dienstplicht vervulden vonden sommigen het helemaal niks, verloren tijd doorbrengen op een naargeestige kazerne, terwijl anderen nog steeds met plezier terugdenken aan het soldatenbestaan en de kameraadschap gedurende de vormende jaren van hun leven. Hoe denken jongeren van vandaag eigenlijk over dienstplicht?

Gevarieerd beeld

Een spontaan ingegeven rondgang langs middelbare scholen en HBO’s gaf mij enig inzicht. Dat geeft een gevarieerd beeld. Over het algemeen lijkt de meerderheid er geen bezwaar tegen te hebben om zich voor een korte periode, bijvoorbeeld na de middelbare school, in te zetten voor het land en de samenleving. Een nuttige invulling van een  zogeheten gap year.  In de antwoorden die de jeugd gaf kwam onvermijdelijk de oorlog in Oekraïne, de Russische dreiging en al dan niet het nut van een sterke Nederlandse krijgsmacht ter sprake. Jongens gaven hier en daar volmondig toe de ‘vette’ defensiewervingsspotjes te hebben gezien. Bij sommige jongens met een Turkse of Marokkaanse migratie-achtergrond, met name  jongens met twee nationaliteiten, heerst begrijpelijk enige scepsis om dienstplicht in Nederland te moeten vervullen. Meisjes met een migratie-achtergrond zijn opvallend positief over een ondersteunende rol bij het onderwijs of hun steentje bijdragen in de zorg in eigen land of over de grens. De recente humanitaire ramp in Turkije en Syrië zal hierbij ook van invloed zijn.[1]

Bij de hernieuwde oproep tot reactivering presenteren voorstanders de dienstplicht als een breder fenomeen. Het dient niet alleen de krijgsmacht, maar ook bij het onderwijs en de zorg zouden jongeren – jongens én meisjes – kunnen worden ingezet. Dat is globaal het plan zoals het voorzien is. Aantallen als 200.000 op korte termijn worden genoemd in de pers, weliswaar niet bestemd om de personeelstekorten bij Defensie te gaan oplossen, wordt er wel meteen bij vermeld. De ‘nieuwe’ dienstplicht moet soelaas gaan bieden in meerdere sectoren. Het wordt tevens gezien als mogelijke oplossing voor het toenemende geweld bij de jeugd onderling, voor de beteugeling van onveiligheid in de maatschappij en de materiële schade veroorzaakt door losgeslagen jongeren. Hun heftige confrontaties met de politie, wapenbezit en knife crime zijn aan de orde van de dag. Het aanbrengen van normen en waarden, wat jongeren tegenwoordig vaak van huis uit niet meekrijgen, wordt ook nu weer gezien als een van de pluspunten van de dienstplicht.

Mondige jongeren

Dus, is herinvoering van de dienstplicht noodzaak of een illusie? Die ligt al sinds 1997 in de mottenballen, maar de oproepplicht kan zo weer worden geactiveerd. De politiek is echter verdeeld. Het stokpaardje van het CDA (eerst van voormalig CDA-voorman Sybrand Buma en nu van Wopke ‘Veiligheid is niet gratis’ Hoekstra) struikelt keer op keer over een gestrekt been van onder meer de VVD. De discussie tussen de regeringspartijen lijkt op voorhand al te zijn gesmoord. Is het dan toch een illusie dat de dienstplicht terugkomt? In de nabij Rusland gelegen Scandinavische landen is het geen issue. In die landen geldt de dienstplicht voor jongens vanaf 18 jaar en in Noorwegen – binnenkort waarschijnlijk ook in Zweden – geldt de verplichting voor zowel jongens als meisjes, mits ze voldoende gemotiveerd worden bevonden.

Laten we het besluit tot herinvoering hier over aan politici van wie sommigen bij voorbaat  al zeggen ‘weinig in dienstplicht te zien’ (VVD-fractievoorzitter Hermans) of geven we onze mondige jongeren zelf de kans zich uit te spreken? Buma bracht het idee jaren geleden naar voren maar vond toen weinig gehoor binnen en buiten de politiek. Jongeren waren er toen niet voor te porren, maar hun mindset is sterk veranderd sinds de Russische invasie in Oekraïne in februari 2022. Een breed-opgezette opiniepeiling onder jongeren kan nu verrassend uitpakken, mede gezien de eerder verwoorde meningen van scholieren en studenten over wel of niet herinvoeren. Daarom, geef ze de kans zich massaal uit te spreken!


[1] Met dank aan willekeurige scholieren en studenten aan Bredase onderwijsinstellingen voor hun spontane reacties.

Over de auteur(s)

Drs. Alexander Alta

Alexander Alta is redacteur van de Militaire Spectator.